ZINBEELDEN – RIA ROERDINK

info@riaroerdink.nl

Expositie ZINBEELDEN

Startpagina ZINBEELDEN

 

Tekstregel a :  De toedracht wordt door de ene generatie aan de volgende doorgegeven, voor de toevallige voorbijganger wordt een moordkruis gebeiteld.
Uit: Marente de Moor – Kleine vogel, grote man. Blz. 57  regel 13

Gedurende deze week concentreerde mijn gedachten zich vooral rond de dader en het slachtoffer en hoe een moordkruis een blijvend aandenken’ of een blijk van ‘respect’ zou kunnen zijn van de dader voor het slachtoffer. Kan het enige betekenis krijgen voor de familie van het slachtoffer.
Het krijgt ook iets onontkoombaars; ik weet niet of ik zo verbonden zou willen blijven met de dader.
Dat (schijnbaar) onontkoombare, zit al in het eerste deel van de tekstregel: ‘De toedracht wordt door de ene generatie aan de volgende doorgegeven….’
Het is een groot thema dat alleen maar groter wordt.

Ik heb een aantal ensceneringen gemaakt van ‘het slachtoffer’ en de dader, en een aantal ‘Moordkruisen’.

.

.

.

.

 

Tekstregel b: Voerde de mussen en de mezen, keek uit het raam naar de eikenboom die steeds meer blad verloor, ruimde de tafel in mijn werkkamer op, kon geen orde scheppen en liet mijn blik verstrooid over de boeken gaan.
Uit: Marcel Beyer – De nacht dat het dode kraaien regende. Blz 333, regel 21

As if he is touching everything with his eyes
Things seen from a distance, nothing  real
No genuine  emotion, everything done automatically
To be alienated, an outsider
Looking at things from behind  the glass
Elements show an eye, a line, to disappear in oblivion,
alienated from the surrounding

Uit deze tekstregel spreekt zo’n vervreemding,
alsof de ik-figuur alles slechts van een afstand waar kan nemen.

 

 

 

Tekstregel c: ‘Zie je wel? Niks aan!’riep hij naar Donald, en veilig nu tussen de stilstaande auto’s ( steeds meer, aan beide zijden vormde zich een almaar langere rij) stak hij doodgemoedereerd een sigaar op, schopte hij achteloos het nog onuitgerolde deel van het zebrapad verder uit tot tegen de stoeprand aan de overkant, en liep hij weer terug naar het midden, aangekeken door alle mensen die op de stoep bleven stilstaan en door anderen die net op de drukte af kwamen.
Uit: Thomas Roosenboom – Zoete mond Blz. 333, r.30

 

‘Schopte hij achteloos het nog onuitgerolde deel van het zebrapad uit’.

Schopte hij achteloos het nog onuitgerolde deel van het zebrapad uit kl Ria Roerdink mei 2020

.

 

‘Stak hij doodgemoedereerd een sigaar op’.

Stak hij doodgemoedereerd een sigaar op darkkl Ria Roerdink mei 2020

.

 

“Zie je wel? Niks aan!
Hierbij dacht ik vooral ‘Wie is deze figuur die ongestraft het lot kan tarten (schijnbaar) onzichtbaar, onkwetsbaar’.

Zie je wel Niks aan kl Ria roerdink 2020 mei

.

 

Tekstregel d: ‘De beesten scharrelden nu in de berm. Verderop viel zonlicht door de bomen. Het zand leek daar talkpoeder’.
Uit: Jan Siebelink – De overkant van de rivier  Blz, 13,  r.1

Vijf foto’s van 5 ensceneringen, met de titel ‘De Beesten scharrelden nu in de berm’.
De beesten scharrelen nu in de berm, verondersteld dat daar verderop waar het zonlicht door de bomen schijnt, een bos is. Ik ga uit van een groot donker bos.
De beesten zijn voor even ‘naar buiten gekomen’. De zon die toch nog door de bomen schijnt veroorzaakt wonderlijke schaduwen.
De schaduwen veranderen het landschap van het bos waardoor je in het bos zou kunnen verdwalen.
Het zonlicht is soms hard en wit, soms gefilterd door de bladeren en een diffuus licht veroorzakend.
Er gebeurt van alles in het bos; je weet niet meer wat de beesten en wat de schaduwen zijn en het licht dat alles verandert.

 

on april 19 • by

Comments are closed.