wilmavanderveen@bewogenbeeld.nl
Tekstregel a: Door de verhoogde concentratie loopt alles als een trein, maar enige reflectie is uitgesloten.
Uit: Anna Enquist – Het meesterstuk Blz. 88, r.8
Titel: hier
Tekstregel b: Verstorven in die buiging had hij eerst zijn schors verloren, daarna al zijn dunnere takken, zodat er uiteindelijk een niet erg hoog maar wel breed skelet met vele gewrongen, gladde armen was overgebleven.
Bron: Thomas Rosenboom – Zoete mond Blz 56, r.19
Titel: maar
Tekstregel c: De manier waarop wij dieren zijn gaan eten, en zij ons, toont dat er iets mis is gegaan met de communicatie
Uit: Marente de Moor – Kleine vogel, grote man Blz.27, r.19
‘Dit is mijn derde zinbeeld in deze reeks. Na de vorige twee kreeg ik tekstregel c. toegedobbeld…
Actueler kan het niet. Deze tekstregel sluit ‘toevallig’ aan op Zinbeeld b.’
Titel: want
want
wie heeft ons gedomesticeerd
aardewerk in een porseleinkast
wij waren niet uw gastheer
ons treft geen blaam
voorwaar, het is geprofeteerd
u reguleert uzelf
dit is wat wij weten
wij zijn ouder
want niet wíj hebben u gegeten
onze borden gevuld
dit aardrijk behoort ons allen
we vertrouwen u niet meer
Tekstregel d: Binnen sloeg de klok tien uur.
Uit: Jan Siebelink – De overkant van de rivier Blz. 19, r. 24
Titel: tijdslot
Tekstregel e: The secret is in the way the mosaic’s tesserae play with the light. These tiny cubic pieces of glass, marble and mineral generate, because of how they are placed together, an extraordinary visual energy.
Uit: John Berger – Confabulations Blz. 88, r 8
Titel: toch